Mosselkroketjes

In een pan mosselvocht tot de helft inkoken. In een sauspan de boter smelten en 30 gram bloem erdoor roeren. Nog 2 minuten zachtjes bakken. Scheutje voor scheutje bouillon en slagroom toevoegen en blijven roeren tot een dikke saus ontstaat. Pan van het vuur nemen. Eieren splitsen en dooiers met peterselie en bieslook door de saus roeren. Op smaak brengen met zout en peper. Mengsel laten afkoelen en in de koelkast door en door koud laten worden. In een diep bord de eiwitten loskloppen. Steeds 1 eetlepel van saus scheppen. Mossel erin drukken en saus rond mossel tot balletje vormen. Balletjes eerst door bloem wentelen, dan door eiwit en vervolgens door paneermeel. Frituurolie tot 180 graden verhitten en mosselkroketjes met 8 tegelijk in 4 minuten goudbruin frituren. Mosselkroketjes in vergiet bekleed met keukenpapier laten uitlekken. Mosselkroketjes serveren met grove mosterd.